Skip to main content

Geschiedenis Viro

Ter Dreve

De geschiedenis van Ter Dreve gaat terug tot 1939, wanneer 4 zusters van de Congregatie van Spermalie en 13 jongens met een ernstige verstandelijke beperking hun intrek nemen in Villa Les Bouleaux in de velden rond de (toen nog kleine) dorpskern van Sint-Michiels. Het ‘Instituut Kind Jezus’ wordt erkend voor 50 ‘abnormale jongens’. Na de bezetting tijdens WOII keren de zusters in september 1946 naar het gerestaureerd kasteeltje terug. In 1949 openen ze het eerste klasje voor buitengewoon lager onderwijs – een primeur in West-Vlaanderen! – en bouwen in de decennia die volgen de school en de gebouwen van de instelling verder uit. In 1968 wordt de instelling erkend als medisch pedagogisch instituut (MPI) Kind Jezus en vanaf 1973 wordt gekozen voor de neutralere naam ‘Ter Dreve’, naar de dreef die vanuit het centrale plein naar Tillegembos loopt (nu onderbroken door de N31-Expressweg).

In de loop van de jaren verbreden de doelgroepen. Van 80 ‘geestesminderwaardige’ jongens van 3 tot 12 jaar (IQ tussen 40 en 80) in 1960 over 72 jongens van 3 tot 13 jaar, ‘aangetast door middelmatige zwakzinnigheid’ in 1968 tot erkenningen voor de opname van kleuters, 14- en 15-jarigen en 12 semi-internen in de jaren ’70. Vanaf dan komt ook lekenpersoneel in dienst en zorgen nieuwe beroepen zoals therapeuten en orthopedagogen voor verdere professionalisering van de caritiatieve zorg. In 1982 start de eerste leefgroep voor volwassenen en vanaf 1983 groeit de ondersteuning van kinderen met autisme van een kleinschalig project uit tot een kernopdracht. Pas in 1991 verwelkomt Ter Dreve het eerste meisje en vanaf 1997 – met de start van het dagcentrum – kunnen ook vrouwen gebruik maken van het aanbod volwassenenzorg.

In de decennia die volgen, wordt het ondersteuningsaanbod steeds meer vraaggestuurd en afgestemd op individuele noden. Door de heterogene samenstelling van de leefgroepen in het internaat, stapt men af van de groepsgerichte aanpak. Ook wonen in een appartement zonder continue begeleiding wordt – voor volwassenen – mogelijk gemaakt. Vraaggestuurd werken zorgt er ook voor dat gebouwen en lokalen telkens aan nieuwe noden en behoeften moeten worden aangepast. Vernieuwing, verbetering en uitbreiding van onze huisvesting is dan ook een continu aandachtspunt.

Ons Tehuis

Ons Tehuis werd in 1975 door Charles Janssens opgericht. In het Tehuis voor Werkenden konden 30 personen met een licht verstandelijke beperking terecht. De inplanting in de rustige woonwijk Sint-Jozef aan de rand van de stad was niet toevallig. Het bood de bewoners de kans om maximaal deel te nemen aan het leven in de plaatselijke gemeenschap én tegelijk mee te genieten van de bruisende stad. In 2000 werd het aanbod uitgebreid met 10 woongelegenheden voor Beschermd Wonen. De gebouwen van het Tehuis Werkenden waren in 2014 na 39 jaar aan vervanging toe. In de plaats kwam een ruime nieuwbouw met 25 individuele studio’s met terras en een woonhuis voor 6 personen.

Tehuis Rosmarijn

Tehuis Rosmarijn werd in 1979 opgericht op initiatief van de Sue Ryder Foundation. Een groot huis-in-de-rij (met een typisch Brugs trapgeveltje) in de Predikherenstraat werd ingericht en kreeg de erkenning als kleinschalig tehuis voor niet-werkenden. Tien volwassen mannen en vrouwen met een beperking vormden er samen een leefgroep. Ze werden er dag en nacht bijgestaan door een inslapende begeleid(st)er. Om bewoners te laten doorstromen naar een meer zelfstandige woonvorm, werden buitenshuis verschillende studio’s in gebruik genomen. Zo stond Tehuis Rosmarijn mee aan de wieg van Beschut Wonen Brugge. Later groeide de behoefte aan een nieuwbouw en in 2011 verhuisde ‘Rosmarijn’ naar de Abdijbekestraat in Sint-Michiels. In het moderne gebouw zijn twaalf individuele kamers en drie apart toegankelijke studio’s.